Home
Over mijzelf
De Stimulans biedt:
Remedial teaching
Geheugentrainingen
Concentratietraining
Ruimtel. oriëntatie
Huiswerkbegeleiding
Pre-teaching
Sociale vaardigheid
Faalangst
Begeleiding autisme
Begeleiding PGB
Overgang naar VO
Tarieven
Soorten problemen
Sites voor kinderen
Contactformulier

 

De Stimulans geeft hulp bij:

Klik op één van onderstaande foto's of onderschriften voor informatie.

 

         

leesproblemen en dyslexie

 

spellingsproblemen en dysorthografie

 

taal- en spraakproblemen

 

rekenproblemen en dyscalculie

 

 

         

Schrijf- en motorische problemen

 

adhd en add

 

autisme

 

nld

 

Onderstaand treft u een beschrijving aan van diverse soorten problemen waarbij De Stimulans hulp kan bieden. Door op één van bovenstaande foto's of teksten te klikken opent u een document met informatie over het genoemde probleem. Die informatie komt overeen met onderstaande beschrijving.


Leesproblemen en dyslexie

Dyslexie betekent letterlijk: niet kunnen lezen.

Het gaat dan om het technisch lezen, waarbij klanken moeten worden gekoppeld aan schrijftekens, de letters. Leerlingen met dyslexie hebben meestal geen moeite met begrijpend lezen. Bij dyslexie gaat het om problemen bij het technisch leren lezen. Problemen met het leren herkennen van de koppelingen tussen klanken en letters en vervolgens de automatische herkenning van woorden.

Een kind wat dyslectisch blijkt te zijn, laat meestal eerst lees- en spellingsproblemen zien. Normaal gesproken kennen kinderen na enkele maanden leesonderwijs de letters van het alfabet en gaan dan vervolgens hele woorden tegelijk herkennen. Deze fase duurt bij kinderen met dyslexie veel langer. Na veel oefenen leren ze meestal wel lezen, maar het blijft voor hen een moeizame taak waardoor er weinig energie overblijft om te begrijpen wat er gelezen wordt.

Lees- en spellingsproblemen zijn meestal met goede adequate hulp op te lossen.

Dyslexie is een veel ingewikkelder probleem. Ook na veel extra hulp blijkt het kind toch nog maar heel weinig vooruit te gaan. Ongeveer 3 tot 4 % procent van de kinderen heeft een vorm van dyslexie. Dyslexie komt regelmatig voor in combinatie met andere stoornissen. Dan worden de problemen extra zwaar. Vaker is er ook sprake van spraak en taalstoornissen, motorische- of rekenproblemen of ADHD. Soms worden de andere stoornissen over het hoofd gezien omdat de aandacht alleen op dyslexie is gericht. Deze stoornissen vragen om een eigen, maar liefst wel gecombineerde aanpak. Er is geen therapie die dyslexie “geneest”. De aanpak bij kinderen met ernstige dyslexie is er op gericht om door training van letter-klank-combinaties, woordherkenningen en gebruik van strategieën voor spelling, het minimale niveau van de “functionele geletterdheid” te bereiken. Dit is het niveau dat iemand nodig heeft om zich in de maatschappij te kunnen redden.

Dyslexie wordt veroorzaakt door een (minimale) afwijking in het functioneren van de hersenen. Er kan sprake zijn van een erfelijke factor. Op de kleuterleeftijd is dyslexie nog niet vast te stellen. Wel kunnen er een aantal signalen zijn om het kind extra in de gaten te houden. Vooral als het kind een langzame taalontwikkeling heeft en/of wanneer dyslexie in de familie voorkomt. Dyslexie wordt soms pas in het vervolgonderwijs opgemerkt. Dat is mogelijk als de basisschool het niet heeft herkend, of als de leerling door een zeer goede intelligentie in staat was de problemen te omzeilen of te camoufleren. In het voortgezet onderwijs vallen ze dan uit, doordat ze opeens heel veel nieuwe woorden tegelijk moeten leren. Zo te moeten presteren onder tijdsdruk is erg moeilijk en de spellingsregels voor de vreemde talen zijn voor hen vaak veel te onduidelijk.

Heeft of had uw kind als peuter en/of kleuter moeite met:

  • het spreken in goede woorden en zinnen?
  • het goed uitspreken van woorden?
  • het opvolgen van eenvoudige aanwijzingen?
  • het begrijpen van vragen?
  • het aan u duidelijk te maken wat het wil?
  • het zelf rijmwoorden bedenken?
  • luisteren of geïnteresseerd te zijn in het vertellen of voorlezen van een verhaal?
  • het zelf zingen van een bestaand liedje?
  • het onthouden van namen en kleuren?
  • het klappen van de lettergrepen van een woord?

Achteraf kunnen dit kenmerken zijn die al in de richting van leesproblemen in groep 3 zouden kunnen wijzen.

Groep 3: Eén van de eerste signalen dat er iets mis zou kunnen zijn, is het slecht kunnen onthouden van de namen van de geleerde letters. Terwijl dit bij de meeste kinderen vlot verloopt, zijn er sommigen die dit bijzonder moeilijk vinden. Ook na heel veel herhaling lukt dit nauwelijks en net wanneer men denkt dat het toch is gelukt, is het bijv. na een week vakantie weer “weg”.  

Sommige kinderen slaan bij het lezen en of schrijven van een woord letters over, of verwisselen letters in een woord, zodat ze iets anders lezen dat er op lijkt. Meestal zijn we dan ook een combinatie van problemen met lezen, overschrijven en spelling. Het tempo van de leesontwikkeling van de gemiddelde leerling gaat vooral na de Kerstvakantie snel vooruit. Als uw kind een leesprobleem heeft, lijkt het  duidelijk achter te blijven bij de rest van de groep. Voor uw kind is dat moeilijk, wat het merkt dit natuurlijk zelf ook.

Vaak is het ook zo dat een kind, waarvan later blijkt dat het dyslectisch is, problemen heeft met automatiseren. Sommen onder de 10 worden slecht onthouden. Het dubbelen en halveren van getallen gaat niet vlot, en later hebben ze grote problemen met het zich eigen maken van de rekentafels.

Kinderen met dyslexie kunnen moeite hebben:

  • om het verschil te horen tussen klanken als de m en n; p,t en k; s, f en g; eu, u en ui
  • om de klanken in volgorde te zetten (dorp/drop)
  • om de aandacht te houden bij “klankinformatie” (het gesproken woord)
  • met het inprenten van reeksen (bijv. de tafels of de spellingregels)
  • met het onthouden van vaste woordcombinaties, uitdrukkingen of gezegdes
  • met het onthouden van losse gegevens (rijtjes, woordjes, jaartallen enz.)
  • met het tempo van het verklanken van leesteksten
  • met het lezen wat er echt in een tekst staat 

Soms merk je bij de kinderen gedragsveranderingen in negatieve zin, die op hun beurt kunnen ontaarden in gedragsproblemen. Goede hulp is noodzakelijk. Pas wanneer er gedurende langere tijd gespecialiseerde hulp geboden is, kan er een dyslexieonderzoek plaatsvinden. Dit wordt bijv. gedaan door “OnderwijsAdvies” in Zoetermeer of door een orthopedagoog. 

De Behandeling

Allereerst vindt er een gedegen lees-/spellingsonderzoek plaats. De behandeling van leesproblemen kan op verschillende manieren plaatsvinden. Dit hangt af van de motivatie van uzelf (het is heel belangrijk u ook thuis dagelijks oefent), maar hangt ook af van de motivatie van uw kind.

Een kind met dyslexie heeft minimaal 6 – 8 keer zoveel instructie en oefening nodig om het lezen en de spelling op een voldoende niveau te krijgen. De uiteindelijke opbrengst hangt natuurlijk ook samen met de aard van de dyslexie Ook hier heb je weer gradaties in.

Een belangrijk onderdeel van de behandeling is het op een speelse manier gemotiveerd houden van uw kind. Ook het oefenen zelf hangt af van hoever uw kind al is in zijn leesontwikkeling, maar ook hoe de manier van samenwerking met de leerkracht van uw kind is. Hoe beter de hulp van de remedial teaching, van school en van uzelf op elkaar is afgestemd, hoe beter het resultaat voor uw kind kan zijn. Zeker met het maken van “leeskilometers” is uw hulp onontbeerlijk.

Kinderen met dyslexie ervaren vaak de nodige frustratie omdat het iets niet kan leren wat klasgenootjes met eenzelfde intelligentie wél snel onder knie krijgen. Kinderen ontwikkelen daardoor nogal eens faalangst of andere emotionele problemen.

Kijk ook eens op:

www.dyslexie.pagina.nl

www.stichtingtaalhulp.nl

www.balansdigitaal.nl

www.steunpuntdyslexie.nl

www.dyslectischekinderen.nl


Spellingsproblemen en dysorthografie

Een kind heeft dysorthografie als er sprake is van ernstige spellingsproblemen. Wanneer de spellingsproblemen echter samen gaan met ernstige leesmoeilijkheden, dan spreekt men toch van dyslexie. Betreft het zuiver de spelling en gaat het lezen goed, dan spreekt men van dysorthografie. Dit heeft niets met intelligentie te maken.

Het spellingonderwijs is een belangrijk onderdeel van het taalonderwijs op de basisschool. In de meeste groepen zijn de kinderen ongeveer anderhalf uur per week bezig om zich de spelling van de Nederlandse taal eigen te maken. Dit is behoorlijk veel. Dat heeft te maken met de moeite die kinderen hebben om de spelling onder de knie te krijgen. Bovendien hecht onze maatschappij veel waarde aan het belang van een foutloze spelling. Voor veel kinderen is de Nederlandse spelling een ondoorzichtige brij van d’s en t’s en een wirwar van regeltjes en uitzonderingen die je pas na jarenlang oefenen goed toe kan passen. Ook ik ben hierin een ervaringsdeskundige!

Er is ook een vorm van dyslexie die bij spellen voorkomt, dysorthografie. Voor deze kinderen is het extra moeilijk om woorden goed te spellen. Zij hebben bijzondere, extra begeleiding en aandacht nodig. Dysorthografische kinderen maken veel meer fouten in de spelling. Hun foutenverdeling is ook vaak anders. Hun spelfouten bestaan veel vaker uit:

  • het weglaten van essentiële letters (marktplaat=maktpaats)
  • het toevoegen van letters of vervangen van letters door willekeurige andere letters (reis=rei, poes=poest, knop=kjop)
  • de onherkenbare verminking van woorden (begint=degiengt, spinnen=sing)
  • Het belangrijkste kenmerk is het enorme aantal fouten dat gemaakt wordt en niet zo zeer het soort fouten.

De begeleiding 

Na een gedegen spellingonderzoek kan gestart worden met de begeleiding.

Verder kunt u informatie vinden bij dyslexie.

Kijk ook eens op:

www.dyslexie.pagina.nl

www.stichtingtaalhulp.nl

www.balansdigitaal.nl

www.steunpuntdyslexie.nl

www.dyslectischekinderen.nl


 

Voor informatie over:

 

Verder

De Stimulans  |  destimulans@casema.nl